CONFLICTERENDE WAARDEN
Hoe groot je je telescoop ook maakt, het heelal is oneindig veel groter en ondoorgrondelijker. En bovendien, wat je aan data ophaalt is altijd besmet met de wereld en met onszelf. Wij wetenschappers doen vaak alsof alles met rationeel bewijs, steekhoudende argumenten en feiten begint, maar we vergeten dat we allemaal ooit zijn begonnen uit pure nieuwsgierigheid en een wens om de wereld te veranderen. We willen weten. We willen dat medicijn uitvinden, die technologie ontwikkelen, dat proces doorgronden. Daarachter zit altijd een waarde, een nastrevenswaardig doel: zelfbevestiging en eerzucht, nieuwsgierigheid, het dienen van je land of de mensheid, en ga zo maar door. Een ‘waartoe-waarheen’-vraag, om ons handelen op te baseren.
Moraal is vrijwel nooit simpel, en ontsnapt aan onze voorstellingen. We willen allemaal lang leven in een gelukkige en gezonde wereld, en dat kan iets zijn waarnaar je wilt streven. Maar worden we werkelijk gelukkiger van een langer leven? En wie heeft daar recht op? En wie beslist daarover? Wat betekent het voor de samenleving, voor werk en pensioen? Bij dergelijke vragen kun je vaak niet rationeel berekenen of beredeneren wat een goede beslissing of koers is.
Maar dat willen we als samenleving vaak wel, en omdat we zo hangen aan ons wetenschappelijke wereldbeeld besmetten we de wereld op zijn beurt met wetenschappelijke methodes. We introduceren stapjes, en denkmodellen, en knippen het vraagstuk op in delen of in absolute grondwaarden, sluiten aspecten uit of maken bepaalde waarden absoluut. Vandaar ook de bijval die Ayn Rand, met haar bizarre ‘rationele moraliteit’, nog altijd heeft. Zeker in de politiek en de maatschappij zoeken we snel naar versimpeling, een helder besluit en een krachtige overreding van de ander met ‘rationele argumenten’. De nadruk komt dan maar al te vaak te liggen op de ‘logische stappen’ en het frame, en niet op de onderliggende ideeën die botsen en een serieuze discussie waard zijn.
En daarin zijn we nogal zwart-wit, zeker als de resultaten tegen vallen:
Het is makkelijk om naar de conclusie te springen dat wat tot slecht handelen leidt wel verkeerd móet zijn (en dus dat nationalisme wel slecht moet zijn vanwege Hitler, communitaire ethiek vanwege Pol Pot, een afwijzing van een instrumentele gemeenschap vanwege de politiek van Pound en Eliot, enzovoorts). Wat daarbij uit het oog wordt verloren is dat hier oprechte dilemma’s kunnen spelen, dat het tot het einde nastreven van één deugd catastrofaal kan zijn, niet omdat het geen deugd zou zijn, maar omdat er andere deugden zijn die niet kunnen worden opgeofferd zonder dat het tot het kwade leidt.
Het gaat er dus niet om dat de waarde niet goed is, maar dat er meer waarden in het spel zijn die kunnen conflicteren. Naast de liefde en de levenslust is dit voor mij de grondtoon van het leven. En daarom ben ik letterkundige met een liefde voor filosofie, natuur, geografie en geschiedenis: als het gaat om het onderzoeken en blootleggen van conflicterende waarden en het zoeken naar manieren om daar mee om te gaan zijn de humaniora bij uitstek het terrein.
♣
Bronnen:
Charles Taylor, Sources of the Self, Harvard University Press, Cambridge, MA, 1989, p.503 (eigen vertaling)
Geef een reactie